Organisatie van de spoedgevallendienst

De opvang van spoedgevallen kan je op verschillende manieren organiseren. Je regelt het zelf met de tandartsen in jouw regio of je besteedt het uit. Op deze pagina vind je praktische handvatten om de spoeddienst zelf te organiseren en uit te voeren.
Organiseren-uitwerken-laptop

Verzorgingsgebied

Bij het bepalen van de omvang van het verzorgingsgebied van een spoedgevallendienst geldt in zijn algemeenheid dat de dienstdoende tandarts en de patiënt binnen redelijke tijd op de behandellocatie aanwezig moeten kunnen zijn, idealiter binnen 30 tot 60 minuten. Hiermee moet zoveel mogelijk rekening worden gehouden met de bepaling van de geografische omvang van het verzorgingsgebied. Uiteraard kan er altijd sprake zijn van overmacht situaties die buiten de verantwoordelijkheid van de spoedgevallendienst vallen, zoals onverwachte verkeersdrukte en ontregeld openbaar vervoer. 

Deelnemers

Deelnemers aan de spoedgevallendienst zijn in principe alle tandartspraktijken die zijn gevestigd in het gedefinieerde verzorgingsgebied van de dienst.  Aan de deelname kunnen wel bepaalde voorwaarden worden verbonden. Verder kan het voorkomen dat dienstdoende tandartsen te maken krijgen met spoedpatiënten van vrijgevestigde geregistreerd-mondhygiënisten in het verzorgingsgebied. Het verdient aanbeveling om hierover afspraken te maken. Voor iedere deelnemer treedt in vergaderingen een vertegenwoordiger op.

Voorwaarden voor deelname

Naast de vanzelfsprekende inschrijving in het BIG-register mag van iedere tandarts die is verbonden aan een van de deelnemende tandartspraktijken worden verwacht dat hij:

  • zich houdt aan de professionele standaard, 
  • afdoende kan communiceren met de patiënt over de diagnose en voorgestelde behandeling, eventueel met gebruikmaking van een tolk,
  • niet met de praktijk reeds is toegelaten tot een andere spoedgevallendienst binnen hetzelfde verzorgingsgebied. 

Het bij voortduring niet voldoen aan een of meer van deze voorwaarden kan aanleiding zijn om een tandarts te royeren. De procedure hiervoor staat in het KNMT Modelreglement (artikel 9.2).

Spoedopvang voor vrijgevestigde geregistreerd-mondhygiënisten

De vrijgevestigde geregistreerd-mondhygiënist heeft de plicht om continuïteit van zorg te regelen, maar mag zelf geen diensten aanbieden bij een spoedgevallendienst. Geadviseerd wordt om met deze mondhygiënisten in de regio afspraken te maken over de opvang van spoedklachten die voortkomen uit niet op verwijzing van een tandarts uitgevoerde invasieve behandelingen en die zich voordoen buiten de reguliere openingstijden van tandartspraktijken. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de mondhygiënist.

Verdeling van diensten

In principe verzorgen de tandartsen van alle tandartspraktijken de diensten. Voor de verdeling van de diensten kan echter de werk- en/of persoonlijke situatie van de individuele tandartsen binnen de tandartspraktijken een aandachtspunt zijn. 

Diensten en gedifferentieerde tandartsen

Waar het gaat om spoedklachten die te maken hebben met (behandelingen binnen) hun differentiatie is het raadzaam dat zij hiervoor afspraken maken met gedifferentieerde collega’s in hun regio.
Het verdient aanbeveling dat gedifferentieerde praktijken waarbinnen ook algemene tandheelkunde wordt aangeboden actief participeren binnen de kring of regio van de spoedgevallendienst. Voor uitsluitend gedifferentieerde praktijken geldt veelal dat er sprake is van verwezen patiënten die doorgaans staan ingeschreven in de praktijk van een algemeen practicus binnen de spoedgevallendienst. 

Diensten en omvang werkweek

Een groeiend deel van de beroepsgroep is actief als ZZP-tandarts of als tandarts in loondienst in de praktijk van een collega. Het komt ook voor dat deze tandartsen werkzaam zijn in enkele tandartspraktijken die aan verschillende spoedgevallendiensten verbonden kunnen zijn. 

Het is aan de individuele tandartspraktijken die deelnemen aan de spoedgevallendienst om intern te bepalen in hoeverre deze (parttime) werkzame tandartsen diensten vervullen. Dit moet tijdig worden doorgegeven aan de coördinator van de spoedgevallendienst die zorg draagt voor het opstellen van het rooster. 

Diensten en (tijdelijke) vrijstellingen

De aan de spoedgevallendienst deelnemende tandartspraktijken kunnen in goed overleg overeenkomen en vastleggen dat individuele tandartsen in bepaalde omstandigheden (tijdelijk en/of deels) zijn vrijgesteld van spoeddiensten. Een veelvoorkomende afspraak is vrijstelling vanaf een bepaalde leeftijd, bijvoorbeeld de AOW-leeftijd. Desgewenst kunnen ook andere gezamenlijk besluiten tot het vastleggen van andere redenen waarom tandartsen (tijdelijk en/of deels) vrijgesteld kunnen zijn van (bepaalde) diensten. Bijvoorbeeld zwangerschap, het moeten doorlopen van een medisch traject of het lijden aan een chronische ziekte met beperkingen voor de belastbaarheid. De veiligheid van de dienstdoende tandarts kan in bepaalde gevallen ook een overweging zijn. De tandartspraktijk van de vrijgestelde tandarts blijft dan deelnemer aan de spoedgevallendienst en de spoedopvang blijft dus ook voor diens patiënten gelden.

Dienstenrooster

De tandartspraktijken bepalen gezamenlijk de dagen en tijden waarop de spoedopvang betrekking heeft. Daarnaast zijn er erkende feestdagen en daarmee gelijkgestelde dagen. 

Begin- en eindtijden van de dienst

De spoedgevallendienst regelt de opvang van patiënten met spoedeisende klachten buiten de reguliere openingstijden. Doorgaans zijn dat door de week de uren tussen 17:00 en 08:00 uur en de zaterdagen en zondagen. Steeds vaker echter hanteren tandartspraktijken ruimere reguliere openingstijden, bijvoorbeeld ook op avonden tijdens weekdagen en op zaterdagen. Hierdoor kunnen verschillen ontstaan in het ‘gebruik’ van de spoedgevallendienst door de tandarts. Waar de ene praktijk bijvoorbeeld patiënten gedurende alle avonden naar de spoedgevallendienst verwijst, kunnen bij de andere praktijk patiënten ook gedurende de avonden met spoedklachten terecht omdat dat voor die praktijk reguliere openingstijden zijn. 
Het advies is dat de aangesloten tandartspraktijken gezamenlijk het volgende bepalen. 

  • De dagen en tijdstippen waarop de diensten van de dienstdoende tandarts beginnen en eindigen, dus waarop het dienstrooster betrekking heeft. Op deze tijden kunnen tandartspraktijken hun patiënten voor spoedklachten verwijzen naar de dienstdoende tandarts.
  • De wijze waarop wordt omgegaan met de verschillen tussen tandartspraktijken wat betreft de reguliere openingstijden en de hieruit voortvloeiende verschillen in ‘gebruik’ van de spoedgevallendienst. 

Erkende feestdagen

Binnen de spoedgevallendienst moeten tevens afspraken worden gemaakt over de spoedopvang op de algemeen erkende feestdagen en daarmee gelijkgestelde dagen, bijvoorbeeld Goede Vrijdag.  
Daarnaast zijn situaties denkbaar waarbij geen sprake is van een officiële feestdag, maar waarvoor wel afspraken gemaakt dienen te worden, zoals de vrijdag na een officiële feestdag (Hemelvaartsdag) en de carnavalsdagen in de zuidelijke provincies.

Veiligheid van de dienstdoende tandarts

Tandartsen in de spoeddienst kunnen worden geconfronteerd met agressie van patiënten. Het verdient dan ook aanbeveling om de veiligheid van de dienstdoende tandarts zoveel als mogelijk te waarborgen. Hiervoor gelden de volgende adviezen.

  • Streef ernaar dat de dienstdoende tandarts nooit alleen is bij de behandeling van een spoedpatiënt, maar dat er bijvoorbeeld ook een assistent aanwezig is. 
  • Voor de assistent en eventuele andere medewerkers is van belang dat ook zij zich veilig voelen. Een gerichte training kan hierbij helpen, evenals het voorzien in sloten en vluchtwegen.
  • Geef uitsluitend de patiënt zelf toegang tot de praktijk(ruimte). Wanneer het gaat om een kind of om een patiënt die begeleiding nodig heeft, bijvoorbeeld om gezondheidsredenen of om te tolken, sta dan hooguit één begeleider toe.
  • Zorg als dienstdoende tandarts en assistent voor voldoende fysieke afstand ten opzichte van een dreigende patiënt.
  • De dienstdoende tandarts kan te maken krijgen met een patiënt (en diens begeleider) in een relatie waarin mogelijk sprake is van kindermishandeling of huiselijk geweld. Het is van belang om hierop alert te zijn. Zie zo nodig de KNMG-meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld.
  • Wanneer een patiënt zich telefonisch onaangepast gedraagt (denk aan onredelijkheid, dreigen en schelden) neem dan in uiterste gevallen contact op met de politie of een beveiligingsdienst. 

Wanneer gebruik wordt gemaakt van triage, kan het laatste advies ook als instructie aan de triagemedewerker(s) worden gegeven. Evenals de mededeling dat uitsluitend de patiënt (en een begeleider) wordt/worden toegelaten in de praktijk(ruimte).

Verder biedt ‘Het beëindigen of niet-aangaan van een behandelingsovereenkomst’ (KNMT-notitie) een handvat bij het omgaan met agressie van patiënten waarmee al een behandelingsovereenkomst bestaat.

Tip!
Wil je leren wat je wel en niet moet doen bij grensoverschrijdend gedrag zoals agressie? Volg dan de cursus Agressie de baas.

Coördinatie en communicatie

Geadviseerd wordt dat de deelnemers aan de spoedgevallendienst uit hun midden twee collega’s kiezen die fungeren als respectievelijk coördinator en plaatsvervangend coördinator. Alle tandartspraktijken c.q. tandartsen moeten hiervan op de hoogte zijn. De coördinator (en zo nodig zijn plaatsvervanger) is verantwoordelijk voor alle organisatorische taken ten behoeve van het goed laten functioneren van de spoedgevallendienst. In zijn algemeenheid gaat het daarbij om het zorgen voor een goede communicatie tussen en informatievoorziening aan de deelnemende tandartspraktijken.

Daarnaast omvat dit alle taken die te maken hebben met het opstellen en bekendmaken van het dienstrooster, het organiseren van vergaderingen en het opvangen van en bemiddelen bij problemen bij de spoedopvang. Zie voor een overzicht van de (mogelijke) taken van de coördinator en voor zittingstermijnen het KNMT Modelreglement (artikel 4).

Reglement

Wanneer de spoedgevallendienst is opgezet als een rechtspersoon, bijvoorbeeld een stichting of vereniging, geldt dat alle afspraken in een statuut c.q. reglement dienen te worden vastgelegd. Maar ook voor spoedgevallendiensten die geen rechtspersoon zijn, wordt aanbevolen om een reglement te gebruiken waarin alle afspraken die de deelnemers hebben gemaakt kunnen worden vastgelegd.

Het gebruik van een reglement draagt bij aan duidelijkheid over de gemaakte afspraken waarop een deelnemer kan worden aangesproken. Besluiten die betrekking hebben op het reglement moeten op democratische wijze tot stand komen.

In het KNMT-Modelreglement voor spoedgevallendiensten zijn de volgende artikelen opgenomen: 

  1. Doelomschrijving
  2. Definities
  3. Deelnemers
  4. Bestuur en/of coördinator
  5. Dienstrooster
  6. Bereikbaarheid en bekendmaking dienst
  7. Vervanging tijdens de dienst
  8. Einde deelname
  9. Royement
  10. Besluitvorming
  11. Slotbepalingen

De deelnemers aan een spoedgevallendienst kunnen desgewenst afspraken toevoegen, hiervoor zijn opties toegevoegd. 

Download het KNMT modelreglement voor spoedgevallendienst (doc)