Om te zoenen!

Evert Berkel
6 minuten
Image
Kussen-mond-delftsblauw
​​​​​​​Eten is ongetwijfeld noodzakelijker. Maar kussen – je mag het ook zoenen noemen – is voor velen de aangenaamste functie van onze mond. Doen we het alleen omdat het lekker is? Doet de mensheid het altijd al? En is kussen cultuurgebonden? Zeven uitspraken over de (tong)zoen, mét toelichting.

1. Kussen is intiem

Mensen kunnen eigenlijk niet dichter bij elkaar zijn dan mond-op-mond. En dat met al je zintuigen, dus je hoort, ziet, ruikt, proeft en voelt elkaar. Daarmee wordt veel informatie doorgegeven over de mate van chemie tussen beide kussers. Vanwege die rijke beleving van elkaars nabijheid wordt de tongzoen vaak als nog intiemer ervaren dan de coïtus.

2. Kussen is lekker

Lippen staan bekend om hun hoge mate van gevoeligheid. Ons lichaam heeft uiteraard meer erogene zones, zoals nek, oren en dijen – naast uiteraard de genitaliën. Lippen zijn tot wel 10 keer gevoeliger dan vingertoppen. Onderzoek van de Brit Oliver Turnbull in Groot-Brittannië en Zuid-Afrika toonde aan dat het ervaren van erogene zones nauwelijks cultuurgebonden is en bovendien minder verschilt tussen mannen en vrouwen dan vaak wordt aangenomen. Voeten bleken in dit onderzoek nauwelijks erogene kwaliteit te hebben; hun erotische waarde heeft volgens Turnbull meer met kijken, fetisjisme of ander gedrag te maken dan met direct-fysieke opwinding.

We kennen de afbeelding van ‘het mannetje in onze hersens’: naast de homunculus van de primaire motorische cortex geeft de homunculus van de somatosensorische cortex in verhouding weer hoeveel neuronen er bestemd zijn voor sensaties in die lichaamsdelen. Dat correleert niet een-op-een met de erogene zones van ons lichaam. Maar het is niet verrassend dat de aanwezigheid van zo veel zenuwuiteinden ook erogene gevoeligheid meebrengen. Opvallend is in ieder geval de forse ruimte die vingers, lippen en tong ook hier innemen: zeer gevoelig dus.

En waarom doen we vaak onze ogen dicht bij het zoenen? Volgens Roy Levin van de University of Sheffield is dat omdat het dermate opwindend is dat onze pupillen te groot worden om ze open te houden.

3. Kussen is functioneel

Zoals aangegeven, valt er nogal wat te ruiken en proeven bij het kussen. Volgens evolutionair biologen is het dan ook een uitstekend middel om een potentiële partner te screenen. De Amerikaanse onderzoekers Hughes, Harrisson en Gallup legden in het tijdschrift ‘Evolutionary psychology’ uit dat tijdens een kus allerlei nuttige informatie wordt uitgewisseld tussen 2 mensen. De geur en smaak van iemands mond kan bijvoorbeeld een indicatie geven van hoe gezond degene is met wie je zoent. Zo wordt een slechte adem onder meer in verband gebracht met nierziekten en maag- en darmstoornissen.

De onderzoekers voorspelden dat vooral vrouwen zoenen belangrijk vinden, omdat zij het meest kieskeurig zijn wat partnerkeuze betreft. Ze investeren immers 9 maanden in een eventuele nakomeling en kunnen maar een beperkt aantal baby’s krijgen. Zonde als ze dat doen met een man die daarvoor eigenlijk niet geschikt is. En inderdaad, in een onderzoek onder ruim 1.000 studenten bleek dat vooral vrouwen in het begin van de relatie veel waarde hechten aan lip-op-lipcontact. Ook zou meer dan de helft van de mannen zonder eerst te zoenen met iemand het bed in duiken; bij de vrouwen was dat niet meer dan 15 procent.

Mannen hechten niet alleen minder waarde aan zoenen, ze kunnen er ook minder informatie uit afleiden. Dat komt doordat ze wat minder goed kunnen proeven en ruiken dan vrouwen. De mannen uit het onderzoek gaven dan ook de voorkeur aan nattere tongzoenen. Volgens de onderzoekers omdat ze dan meer materiaal (lees: speeksel) tot hun beschikking hebben om toch nog informatie aan de kus te onttrekken. Zo zou de hoeveelheid testosteron of oestrogenen iets zeggen over de mate van vruchtbaarheid van de kussers.

Kussen is niet alleen functioneel voor het opstarten van een relatie, maar ook voor de instandhouding ervan. Veel geciteerd Zwitsers onderzoek liet zien dat hoe meer getrouwde stellen elkaar (blijven) knuffelen en kussen, hoe minder gestrest beide echtelieden door het leven gaan. Mannen die hun vrouw altijd zoenen voor vertrek zouden zelfs minder snel een verkeersongeluk krijgen. Maar hier wordt het correlatieve verband nogal ondoorzichtig: eerder wijzen zoenen én veilig autorijden op ‘goed in je vel zitten’: mentaal en fysiek gezond zijn.

4. Kussen is cultuurgebonden

Kussen als begroetingsvorm kent vele varianten: in aantallen, vanzelfsprekendheid (tussen mannen bijvoorbeeld) en betekenis (respect tonen bijvoorbeeld). Waarschijnlijk hebben, ook in ons land, de begroetingsgewoontes sinds corona een duidelijke verandering ondergaan: minder kussen, meer ‘boksen’ en hugs.

Maar terug naar de meer ‘romantisch-seksuele kus’: in 2015 verscheen in het tijdschrift ‘American Anthropologist’ een artikel dat weerlegde wat tot dan toe meestal werd aangenomen dat zeker 90 procent van de mensen op de wereldbol deze vorm van kussen zou bezigen. De onderzoekers observeerden romantisch zoenende partners binnen 168 verschillende culturen wereldwijd. Ze kwamen tot de vaststelling dat de gedefinieerde kus (“lip-aan-lipcontact dat al dan niet langdurig kan zijn”) slechts bij een minderheid van 46 procent voorkwam. Verre van universeel gedrag dus.

Zo wordt in Latijns-Amerika slechts in 4 van de 33 culturen die antropologen onder de loep namen, innig gezoend. Culturen van jagers en verzamelaars vertoonden niet eens het verlangen om de partner te kussen. Bij sommige werd het zelfs ‘weerzinwekkend’ gevonden, zoals bij de Mehinaku-stam in Brazilië. Mogelijk komt de levensstijl van zulke stammen nog het dichtst bij die van onze verre voorouders: zeer wel denkbaar dat die ook niet zoenden.

5. Kussen is niet hetzelfde bij dieren

Veel dieren tonen vormen van mond-op-mond-, muil-op-muil- of snavel-in-snavelcontact. Maar alleen bij hoge uitzondering is de functie daarvan vergelijkbaar met onze tongzoen. Bij vogels draait het allemaal om voedseloverdracht. Mannetjes doen dat ook bij vrouwtjes, om hen te overtuigen van goed toekomstig vaderschap. Veel roofdieren kauwen het voedsel voor en braken het uit in de bek van hun jongen. Wolvenjongen likken aan de bek van hun ouders om dit braken te stimuleren.

Overigens, toen wij nog niet over babyvoeding, pureepatatjes en mixers beschikten, duwden moeders ook met hun tong het voorgekauwde voedsel in de monden van hun kroost. Volgens sommige gedragswetenschappers zou dit de voorloper van onze tongzoen zijn. Voor het genoemde uitwisselen van (geur)informatie hebben dieren de tongzoen niet nodig: zij kunnen de sekslokstoffen (feromonen) al van grote afstand waarnemen. Bij de hamster bijvoorbeeld maakt het vrouwtje een feromoon aan dat voor mannetjes onweerstaanbaar is. Muizen kunnen zelfs aan het feromoon herkennen of ze met familie te maken hebben. Ze voorkomen incest door alleen met ‘anders-ruikenden’ te paren.

6. Kussen is gevaarlijk

Helaas kan via mond-op-mondcontact en tongzoen ook worden overgebracht wat niet wenselijk is om met elkaar te delen. Bekend is natuurlijk de ‘kissing disease’, de ziekte van Pfeiffer die via speeksel (en dus meestal via de tongzoen) wordt overgedragen. Over de overdracht van soa’s kunnen misverstanden bestaan:

  • herpes wordt overgedragen via wondjes en koortsblaasjes aan de mond;
  • ook syfilis kan zo worden overgedragen;
  • hetzelfde geldt voor hepatitis B;
  • chlamydia kan niet via de tongzoen worden doorgegeven en
  • hiv wordt niet overgedragen door speeksel: er is dus geen risico bij (tong)zoenen.

7. Kussen is gezond

Het aantal websites waarop in lijstjes de voordelen van kussen worden uitgelegd, lijkt onbeperkt. Hieronder een beknopte selectie, waarbij we – eindelijk - een tandarts aan het woord kunnen laten. Richard Kohsiek, voormalig KNMT-bestuurslid, legt op www. gezondnu.nl helder uit wat kussen zo gezond maakt: “Tongzoenen is erg goed voor het mondmilieu. Bij het zoenen maak je extra veel speeksel aan en dat houdt je tanden en tandvlees gezond. Het speeksel helpt bacteriën namelijk makkelijker weg te spoelen en dat verkleint de kans op plaque en gaatjes. Een aanrader dus! Uit onderzoek blijkt bovendien dat als je 10 seconden tongzoent er zo’n 80 miljoen microbiële cellen worden uitgewisseld. Dat klinkt misschien niet zo aantrekkelijk, maar door te zoenen boost je letterlijk je immuunsysteem. Je bouwt ook nog eens een goede weerstand op door de uitwisseling van al die bacteriën.”

Omdat bij een kus wel 146 spieren worden gebruikt, waarvan 32 gezichtsspieren, verbrand je met gepassioneerd zoenen 5 tot 26 calorieën per minuut. Door al die spierinspanning doe je bovendien aan een soort gezichtsyoga die je huid strak houdt. Tonggymnastiek (in welke vorm ook) kan ook helpen tegen snurken vanwege de versterking van de intraorale spieren.

Een evident gezondheidseffect van zoenen is stressreductie. Bij koppels die een kwartier zoenden, werd een duidelijke verlaging van het stresshormoon cortisol in het bloed aangetroffen. In plaats daarvan worden extra ‘feelgoodstofjes’ aangemaakt, zoals dopamine, serotonine en oxytocine (het knuffelhormoon). Deze stofjes kunnen ook onze seksuele opwinding aanwakkeren. Zoenen ontspant het lichaam, waardoor het minder histamine aanmaakt. Volgens Japans onderzoek kan een zoenpartij van 30 minuten hooikoorts verminderen.

Wie na deze korte opsomming van risico’s en veel langere lijst van gezondheidsvoordelen nog niet overtuigd is van de kwaliteiten van het kussen, kan zich verder verdiepen in de filematologie, de wetenschappelijke studie van de zoen.

Dit artikel is eerder gepubliceerd in NT/Dentz 03/2023