6 tips om patiënten te helpen bij een betere mondhygiëne

1. Luister naar je patiënt voordat je met oplossingen komt

Het is verleidelijk om direct te zeggen wat een patiënt moet doen, maar dat werkt vaak niet. Luister eerst naar wat de patiënt lastig vindt. Vraag wat hem of haar tegenhoudt in plaats van meteen de oplossing te geven.

2. Stel open vragen

In plaats van te zeggen wat iemand fout doet, kun je beter vragen stellen die hen aan het denken zetten. Bijvoorbeeld: "Welke voordelen zou je ervaren als je elke dag flost?" of "Wat zou er voor jou veranderen als je tandvlees gezonder is?" Zo gaat de patiënt zelf nadenken over waarom mondzorg belangrijk is.

3. Onderzoek de tweestrijd (ambivalentie)

Gedragsverandering heeft zowel voordelen als nadelen. Patiënten willen hun klachten graag oplossen, maar aarzelen vaak vanwege de inspanning die verandering met zich meebrengt. Door deze ambivalentie aan te kaarten en er samen over in gesprek te gaan, moedig je patiënten aan om te ontdekken dat de voordelen van verandering de moeite waard kunnen zijn.

4. Laat je patiënt zelf met oplossingen komen

In plaats van zelf te vertellen wat ze moeten doen, kun je de patiënt vragen om zelf met oplossingen te komen. Bijvoorbeeld: "Wat zou je motiveren om elke dag je tanden te poetsen?" Dit maakt de patiënt meer verantwoordelijk voor zijn eigen mondzorg.

5. Bespreek samen de voordelen van verandering

Het helpt om samen te kijken naar wat goede mondzorg oplevert, zoals minder pijn, een mooi gebit, of minder tandartsbezoeken. Zo wordt het duidelijker waarom het belangrijk is om iets te veranderen.

6. Geef patiënten de ruimte om zelf conclusies te trekken

Gedrag verandert pas echt als de patiënt zelf de voordelen ziet. Door goede vragen te stellen, help je hen om hun eigen conclusies te trekken. Dit zorgt voor meer motivatie en blijvende verandering.