Antitrombotica en tandheelkundige behandelingen

Over het algemeen kan je patiënten die antistollingsmiddelen gebruiken gewoon bij jou in de praktijk behandelen. Er zijn wel een aantal zaken waar je rekening mee moet houden.

Patiënten die bloedverdunners (antitrombotica) gebruiken lopen namelijk een verhoogd risico op (na)bloedingen bij bloedige ingrepen. Door tijdelijk de antistollingsmedicatie te staken neemt het (na)bloedingsrisico af, maar neemt het risico op een bloedstolsel in het bloedvat bij de patiënt toe. 

Klinische praktijkrichtlijn Antitrombotica

De klinische praktijkrichtlijn Antitrombotica van het KIMO helpt bij het maken van de beslissing om medicatie wel of niet tijdelijk te staken en biedt aanbevelingen over het organiseren van de zorg rondom de patiënt.

Naar de richtlijn Antitrombotica

Naast de richtlijn zelf, biedt het KIMO de volgende hulpmiddelen:

Aan de slag met de richtlijn Antitrombotica

Het is belangrijk dat iedere behandelaar in de praktijk bekend is met de richtlijn Antitrombotica. Breng daarom de richtlijn en de hulpmiddelen bij jouw behandelteam onder de aandacht en bespreek de volgende punten:

  • De werking en het nut van antitrombotica
  • De risico’s bij het staken van medicatie
  • Is er voldoende kennis om het bloedingsrisico van een ingreep in te schatten?
  • Risico’s van het gebruik van NSAID’s als pijnstilling. Hoe borgen jullie dit?
  • Het nut en de werking van tranexaminezuur bij gebruik van antitrombotica
  • Zijn er afspraken gemaakt met de trombosedienst of het trombose expertisecentrum bij jou in de buurt?

Maak een plan van aanpak om de richtlijn Antitrombotica te implementeren als blijkt dat dit bij jou in de praktijk onvoldoende gedaan is.

Test je kennis 

Wil je je kennis over de richtlijn Antitrombotica testen? Dat kan! Beantwoord de 43 vragen over de richtijn via de kennistoets in de online kennisomgeving en check of je goed op de hoogte bent.

Naar de kennistoets Antitrombotica

Patiënteninformatie

De behandelaar moet de patiënt informeren over de risico’s van wel of niet staken van antitrombotica bij het ondergaan van een bloedige ingreep. Als er een tijdelijk stakingsadvies gegeven wordt, dan hoort daar ook een advies voor het herstarten van de antitrombotica. De behandelaar overlegt dit eventueel met de voorschrijver of de trombosedienst/expertisecentrum.

De patiënt heeft ook een eigen verantwoordelijkheid, maar moet wel gevoed worden met kennis. Deze kennis gaat verder dan informatie over het eventueel staken en herstarten van medicatie. Het gaat bijvoorbeeld ook over het niet mogen spoelen na de behandeling. Het is belangrijk dat de behandelaar checkt of de patiënt de gegeven informatie begrijpt. 

Aan de slag met patiënteninformatie

  • Lees de patiënteninformatie van het KIMO (pdf)
  • Controleer hoe de patiënteninformatie bij jou in de praktijk is geregeld en of dat overeen komt met de richtlijn
  • Pas indien nodig de huidige patiënteninformatie aan

Protocol Antitrombotica

Het kan handig zijn dat je een protocol maakt over hoe je in de praktijk omgaat met patiënten die antistollingsmedicatie gebruiken:

  • Bedenk welk risico de praktijk loopt wanneer je geen protocol maakt
  • Is er een wens om de uniformiteit in het handelen te verhogen?
  • Is er een wens om de transparantie te verhogen?
  • Kan een protocol helpen bij het inwerken van nieuwe medewerkers en zo het inwerkproces vereenvoudigen?

TIP  Laat diegene die de handeling het meest uitvoert een protocol maken en bespreek het protocol met de rest van het team. Voer na eventuele aanpassingen het protocol in.