Definitief hogere getalsgrens intern toezicht per 1 juli 2025


De Eerstelijnscoalitie (ELC), opgericht door de KNMT en andere eerstelijnspartijen om de administratieve lastendruk voor eerstelijnsaanbieders terug te brengen, heeft altijd gepleit voor een verhoging van de getalsgrens voor het inrichten van intern toezicht. Die verhoging is nu een feit: sinds 1 juli 2025 zijn alleen praktijken met meer dan 50 zorgverleners verplicht intern toezicht in te richten.
Volgens onze ruwe schatting betekent dat dat nu 1 op de 100 tandarts- en orthodontiepraktijken een interne toezichthouder moet aanstellen; een stuk minder dan de ongeveer 5% van de praktijken die eerder onder de regel vielen.
Waarom verhoging van de getalsgrens een goede stap is
- Intern toezicht is niet passend voor eerstelijnszorg. De omvang en inrichting van praktijken in de eerstelijnszorg is heel anders dan de veelal grootschalige tweedelijnszorginstellingen, zoals ziekenhuizen. De getalsgrens van 50 zorgverleners past beter bij de aard en omvang van de eerstelijnszorg.
- De verplichting is disproportioneel. Eerstelijnszorgaanbieders zijn vaak kleinschalig georganiseerd en daarom, in vergelijking met grote zorgaanbieders, onevenredig veel tijd en energie en geld kwijt aan een verplichting als intern toezicht. De getalsgrens van 50 zorgverleners is daarom meer passend voor de eerstelijnszorg.
- De getalsgrens van 50 sluit aan bij WOR. In de Wet op Ondernemingsraden (WOR) geldt een getalsgrens van 50 medewerkers, met als motivatie ‘dat administratieve beperkingen de oprichting van kleine en middelgrote ondernemingen niet in de weg moet staan’. Dit geldt evenzeer voor de eerstelijnszorg.
- Veel zorgaanbieders in de eerstelijn kennen al een vorm van vrijwillige zelfregulatie. Zo neemt het merendeel van de huisartsenpraktijken deel aan de praktijkaccreditatie. In deze accreditatie wordt getoetst op onder andere leren en verbeteren van team, praktijk en zorg. Deze aspecten matchen goed met de taak van het interne toezicht op grond van de Wtza.
- Sinds 1 januari 2025 zijn alle zorgaanbieders verplicht om bij het toetreden tot de markt een toelatingsvergunning aan te vragen. Hiervoor is er al meer toezicht aan ‘de voorkant’ ingeregeld.
Met de verhoging van de norm van meer dan 25 zorgverleners naar meer dan 50 zorgverleners wordt volgens ons daarom meer recht gedaan aan de aard en omvang van kleine(re) praktijken in de eerstelijnszorg, zoals in andere wetgeving reeds gebruikelijk is. Ook wordt hiermee disproportionele lastendruk voorkomen, hetgeen zeer belangrijk is voor de veelal kleinschalige georganiseerde praktijken in de eerstelijnszorg.
Wat als je al een interne toezichthouder hebt ingesteld?
Wij krijgen geregeld de vraag hoe praktijken ermee om kunnen gaan als ze vóór 1 juli 2025 een interne toezichthouder hebben ingesteld, maar ze daartoe sinds 1 juli 2025 niet langer verplicht zijn. Je interne raad van toezicht aanhouden mag natuurlijk. Maar wil je stoppen met intern toezicht? Treed in overleg met je interne toezichthouder. Die moet namelijk toestemming geven voor de opheffing. Kijk in de statuten hoe het opheffen exact in zijn werk gaat. Waarschijnlijk is het naast akkoord van de toezichthouder ook nodig om de statuten te wijzigen.
Over de Eerstelijnscoalitie
De Eerstelijnscoalitie (ELC) bestaat uit 8 eerstelijnsorganisaties: KNMP (apothekers), KNMT (tandartsen), KNOV (verloskundigen), LHV (huisartsen), LVVP (vrijgevestigde psychologen en psychotherapeuten), NVM-mondhygiënisten, NVvP (podotherapeuten) en ONT (tandprothetici). Verenigd in de Eerstelijnscoalitie vragen deze organisaties aandacht voor de toename en de stapeling van administratieve lasten voortvloeiend uit wet- en regelgeving.