5 tips om privacyvriendelijk gedrag in de praktijk te stimuleren
Tip 1: Zie privacy als een vorm van aandacht voor de patiënt (en niet als verplichting)
Zie de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) als een kans: aandacht hebben voor privacy en netjes omgaan met persoonsgegevens bevordert een goede reputatie bij patiënten. Spreek met elkaar niet over de AVG als een wet met een serie verplichtingen, maar als het antwoord op de vraag van patiënten om zorgvuldige om te gaan met hun gegevens.
Tip 2: Praat regelmatig met elkaar over privacy
Zorg dat het onderwerp privacy op de radar blijft door het een vast agendapunt op het werkoverleg te maken. Bespreek bijvoorbeeld elke maand een ander privacygerelateerd thema. Of vraag iedere keer een andere collega te vertellen over een 'best practice' of juist een blunder op privacygebied. Was er sprake van een datalek? Bespreek de casus dan met elkaar.
Tip 3: Beoordeel en beloon privacy
Neem het onderwerp privacy op in de beoordelingscyclus door het te bespreken tijdens het functionerings- en beoordelingsgesprek. Stel samen doelen en beloon medewerkers die veel te maken hebben met het thema en er goed op presteren.
Tip 4: Maak iemand 'privacy champion'
Wijs iemand in de praktijk aan die verantwoordelijk is voor alle privacygerelateerde zaken. Diegene gaat niet alleen over de protocollen en het technische deel van privacy maar ook over het motiveren van collega’s. Laat deze ‘privacy champion’ bijvoorbeeld elk werkoverleg een korte update geven van wat er allemaal speelt rondom het onderwerp.
Tip 5: Maak privacy onderdeel van het inwerkprogramma
Zorg ervoor dat nieuwe medewerkers tijdens hun inwerkperiode te weten komen hoe er binnen de praktijk met privacy wordt omgegaan. Laat ze bijvoorbeeld het document met het privacybeleid van de praktijk doorlezen. En bespreek met elkaar welke privacyaspecten er aan het werk van de betreffende functie zitten.