Overgangsperiode Wtza geëindigd: heb jij je zaken op orde?
Overzicht vereisten op basis van omvang praktijk
Praktijken waar 10 of minder zorgverleners werken
- Is jouw praktijk opgericht vóór 1 januari 2022 (en sindsdien niet van rechtsvorm veranderd) dan hoef je pas vanaf 1 januari 2025 jaarlijks openbaar financiële verantwoording af te leggen. Dit is 2 jaar later dan aanvankelijk de bedoeling was. Praktijken die na 1 januari 2022 zijn opgericht of van rechtsvorm zijn veranderd moeten al sinds 1 januari 2023 voldoen aan deze jaarverantwoordingsplicht.
Praktijken waar 11 of meer zorgverleners werken
- Werken er in jouw praktijk 11 of meer zorgverleners, dan moet je uiterlijk 31 december 2023 een Wtza-vergunning hebben aangevraagd. Een dergelijke vergunning kost €725,-. Mondzorgpraktijken die vóór 31 december 2021 zijn gestart, hoeven daarvoor niet te betalen.
- Werken er in jouw praktijk 11 of meer zorgverleners én leveren jullie medisch specialistische zorg, dan is het instellen van een interne toezichthouder een voorwaarde om een Wtza-vergunning te krijgen. Pas als er een interne toezichthouder is ingesteld, zal het CIBG een Wtza-vergunning verlenen. Minister Helder heeft aangegeven dat er een verkenning komt naar de inrichting en invulling van het intern toezicht. Heb je in afwachting daarvan het intern toezicht nog niet ingericht? Start daar dan alsnog mee en dien een vergunningsaanvraag in. Zonodig neemt het CIBG contact met je op en krijg je de tijd om alsnog aan de eisen te voldoen. De Nederlandse Vereniging voor Toezichthouders in de zorg (NVTZ) heeft modellen beschikbaar gesteld voor de inrichting van intern toezicht.
- Is jouw praktijk opgericht vóór 1 januari 2022 (en sindsdien niet van rechtsvorm veranderd) dan hoef je pas vanaf 1 januari 2025 jaarlijks openbaar financiële verantwoording af te leggen. Dit is 2 jaar later dan aanvankelijk de bedoeling was. Praktijken die na 1 januari 2022 zijn opgericht of van rechtsvorm zijn veranderd moeten al sinds 1 januari 2023 voldoen aan deze jaarverantwoordingsplicht.
Praktijken waar meer dan 25 zorgverleners werken
- Werken er in jouw praktijk meer dan 25 zorgverleners, dan moet je uiterlijk 31 december 2023 een Wtza-vergunning hebben aangevraagd. Een dergelijke vergunning kost €725,-. Mondzorgpraktijken die vóór 31 december 2021 zijn gestart, hoeven daarvoor niet te betalen.
- Werken er in jouw praktijk meer dan 25 zorgverleners, dan is het instellen van een interne toezichthouder een voorwaarde om een Wtza-vergunning te krijgen. Pas als er een interne toezichthouder is ingesteld, zal het CIBG een Wtza-vergunning verlenen. Minister Helder heeft aangegeven dat er een verkenning komt naar de inrichting en invulling van het intern toezicht. Heb je in afwachting daarvan het intern toezicht nog niet ingericht? Start daar dan alsnog mee en dien een vergunningsaanvraag in. Zonodig neemt het CIBG contact met je op en krijg je de tijd om alsnog aan de eisen te voldoen. De Nederlandse Vereniging voor Toezichthouders in de zorg (NVTZ) heeft modellen beschikbaar gesteld voor de inrichting van intern toezicht.
- Is jouw praktijk opgericht vóór 1 januari 2022 (en sindsdien niet van rechtsvorm veranderd) dan hoef je pas vanaf 1 januari 2025 jaarlijks openbaar financiële verantwoording af te leggen. Dit is 2 jaar later dan aanvankelijk de bedoeling was. Praktijken die na 1 januari 2022 zijn opgericht of van rechtsvorm zijn veranderd moeten al sinds 1 januari 2023 voldoen aan deze jaarverantwoordingsplicht.
Wie vallen er onder het begrip ‘zorgverlener’?
Wat er precies valt onder de definitie ‘zorgverlener’ blijft nog onderwerp van discussie.
Duidelijk is dat alle zorgverleners meetellen, of ze BIG-geregistreerd zijn of niet, als zzp’er werken of in dienst zijn, en of ze nou parttime of fulltime werken.
De KNMT rekent een assistente die geen zorg verleent maar administratieve of faciliterende werkzaamheden uitvoert, niet tot de zorgverleners. Maar de overheid telt iedere persoon die direct bij de behandeling van de patiënt betrokken is mee als zorgverlener. Over de exacte definitie van het begrip zorgverlener zijn we daarom nog in gesprek met de overheid.
Hoe zit het met het aanstellen van een interne toezichthouder?
Samen met onze partners in de Eerstelijnscoalitie, een samenwerking tussen verschillende beroepsgroepen in de eerstelijnszorg - is het gelukt om in de Tweede Kamer aandacht te krijgen voor de wens om het aantal van 25 zorgverleners die nu geldt als grens voor de verplichting om een interne toezichthouder aan te stellen te verhogen. De ELC wil graag dat deze grens wordt opgeschoven van 25 naar 50 zorgverleners. Minister Helder gaat de mogelijkheden onderzoeken, maar ondertussen blijft de eis voor het instellen van een interne toezichthouder gelden.
Omdat zorgverzekeraars moeten toetsen of zorgaanbieders aan de wettelijke eisen voldoen voordat zij mogen uitbetalen, is het aan te raden om de toelatingsvergunning aan te vragen. Pas als er een interne toezichthouder is ingesteld, zal het CIBG een Wtza-vergunning verlenen. Heb je in afwachting van de verkenning van minister Helder nog geen intern toezicht ingericht? Start daar dan alsnog mee en dien een vergunningsaanvraag in. Zonodig neemt het CIBG contact met je op en krijg je de tijd om alsnog aan de eisen te voldoen.
Meer informatie over de vereisten die worden gesteld aan de interne toezichthouder (scroll naar ‘Interne toezichthouder’)
Hoe zit het met het aanvragen van een vergunning?
De vragen die worden gesteld bij de aanvraag voor een vergunning kunnen onduidelijk overkomen. In ons Wtza-dossier vind je daarom een toelichting op de vragenlijst met enkele suggesties. Handig om daar even naar te kijken!
Wat vindt de KNMT?
In bovenstaand bericht informeren we je over de vereisten van de Wet toetreding zorgaanbieders. Ondertussen blijft de KNMT samen met andere organisaties in de eerstelijnszorg in Den Haag ageren tegen de buitensporige regeldruk die deze wet met zich meebrengt voor kleine zorgaanbieders. Zo gaan we als Eerstelijnscoalitie opnieuw in gesprek met minister van VWS over de regels rondom de jaarverantwoording en het instellen van intern toezicht. Ook de definitie van het begrip zorgverlener in de Wtza is nog onderwerp van discussie.