Minister Van Gennip kondigt beperkingen flexibele arbeidsrelaties aan

Karel Gosselink
3 minuten
Image
medewerkers
In haar brief ‘Voortgang uitwerking arbeidsmarktpakket’ van 3 april geeft minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid richting aan het plan van de regering om de arbeidsrelaties minder flexibel te maken. Ook de (mond)zorg krijgt hiermee te maken.

De belangrijkste ideeën uit de brief van minister Van Gennip

De belangrijkste ideeën uit de brief van de minister zijn: 

  1. Oproepcontracten (zoals nulurencontracten en draaideurconstructies) afschaffen met als doel rooster- en inkomenszekerheid
  2. Sneller vaste contracten voor uitzendkrachten en meer kwaliteitsregels voor uitzenders
  3. Aanpassingen in de regels voor re-integratie in het tweede ziektejaar
  4. Invoeren crisisregeling behoud personeel bij calamiteiten
  5. Invoeren arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen
  6. Handhaving Wet DBA en bestrijden schijnzelfstandigheid

De eerste 4 ideeën zijn vooral arbeidsrechtelijk en arbeidsvoorwaardelijk van aard. Deze  zullen we in een volgend bericht afzonderlijk toelichten. Over de plannen voor een verplichte arbeidsongeschikheidsverzekering (AOV) en de handhaving van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelatie (Wet DBA) en het bestrijden van schijnzelfstandigheid is al iets meer duidelijk op dit moment. Dit lichten we hieronder toe.

De ‘verplichte’ arbeidsongeschiktheidsverzekering

De verplichte AOV is onderdeel van het pensioenakkoord en past ook prima bij het beleid van de overheid om het financiële voordeel van zelfstandigen ten opzichte van werknemers te beperken. De verplichte AOV moet gaan gelden voor alle ondernemers in de inkomstenbelasting. Dus zowel voor praktijkhouders-eigenaren, maten in een maatschap als tandartsen-zzp. Werk je vanuit een bv, dan geldt er geen verplichte deelname aan de collectieve AOV. 

KNMT pas tevreden als opt-out daadwerkelijk in wet komt

De beroepsorganisaties in de zorg hebben de noodzaak van een vrijstelling voor deelname aan deze collectieve AOV benadrukt. In haar brief geeft minister Van Gennip aan dat wanneer een zelfstandig ondernemer een private AOV heeft afgesloten met betere condities, zoals meestal het geval bij medici, de verplichte deelname vervalt (opt-out). Wij zijn blij met dat voornemen, maar zijn pas tevreden wanneer zo’n opt-out daadwerkelijk in de wet terug komt.
De verplichte AOV is overigens erg sober, met een wachttijd van een jaar en een uitkering van 70% van het laatst verdiende inkomen, tot een maximum van 143% van het wettelijk minimum loon. 

Handhaving van de Wet DBA en bestrijden schijnzelfstandigheid

De regering wil de non-handhaving van de Wet DBA uiterlijk per 1-1-2025 beëindigen. In vervolg op het Deliveroo-arrest is het plan om de handhaving op schijnzelfstandigheid op korte termijn te versterken. Onder schijnzelfstandigheid wordt dan verstaan: de arbeidsrelatie waarbij de werkende verplicht wordt om niet in loondienst te werken ; hoewel in de mondzorg vaker sprake zal zijn van het op wens van de werkende inhuren van een tandartsassistente op basis van een overeenkomst van opdracht.

Lees de brief van Van Gennip

Werk je samen met of als tandarts of mondhygiënist op basis van de modelovereenkomsten van opdracht? 

Dan is er voorlopig niet veel aan de hand. Het plan van minister Van Gennip is om de aard van de arbeidsrelatie vooral ook te toetsen aan het criterium ‘inbedding in de organisatie’. Inbedding legt zij uit als het invullen van een kernfunctie in de organisatie van de werkverschaffer. Is er sprake van inbedding, moet er straks ook sprake zijn van werkgeversgezag en het werken in loondienst. De deskundigen hebben zo hun twijfels of dit goed in de wet is op te nemen. Een eerste voorstel daartoe wordt voor de zomer verwacht.

Uiteraard volgen we actief deze ontwikkelingen en spannen we ons in om de door de leden gewenste samenwerkingsopties te behouden.

Heb je vragen? Stel ze, bij voorkeur per mail, aan het team Ledenservice ls@knmt.nl