Denk vroeger aan later: zorgen om pensioen jonge tandartsen

Evert Berkel
3 minuten
Nadenken
Als je net begint met werken, is je pensioen wel bijna het laatste dat je bezighoudt. Onverstandig, menen deskundigen. Die pleiten ervoor tijdig na te denken over het opzij leggen van geld voor later. Helemaal nu de mogelijkheden om een pensioen op te bouwen, de laatste decennia zijn afgenomen.

De oudere generatie tandartsen, de generatie die tegen zijn pensioen aanzit, die heeft waar het dat pensioen betreft maar mazzel. Die heeft nog kunnen profiteren van fiscale voordelen zoals pensioensparen in eigen beheer (inmiddels afgeschaft) en had nog ruime aftrekmogelijkheden voor lijfrentes.

Een grote groep tandartsen en tandartsspecialisten heeft ook nog eens pensioen opgebouwd via het Pensioenfonds Tandartsen en Tandarts-specialisten (SPT), dat in 1996 een slapend fonds werd. Bovendien hebben sommigen ook nog goodwill ontvangen bij de verkoop van hun praktijk, waarna ze zelf als zzp’er aan de slag gingen.

Nee, dan de jonge, startende tandarts. Die bouwt geen pensioen meer op bij het SPT, kan niet meer pensioensparen in eigen beheer, heeft minder fiscale aftrekmogelijkheden en kan, zoals het er nu naar uitziet, te zijner tijd ook niet meer rekenen op goodwill bij de verkoop van een eigen praktijk.

Allemaal zorgelijke ontwikkelingen, zeggen pensioenadviseurs Peter Nederstigt van Aon en Alexander Ahlers van Raadgevers Kuijkhoven. Hun belangrijkste advies aan de jonge generatie is om tijdig te beginnen geld voor later opzij te zetten. Iets wat je waarschijnlijk makkelijker doet naarmate het aantrekkelijker wordt gemaakt.

Jaarlijks 10.000 euro opzij zetten

Natuurlijk wil een net gestarte tandarts vooral ‘nu’ genieten van zijn zuurverdiende geld. Is hij nog niet bezig met de financiële situatie na zijn pensionering. Het duurt immers nog heel lang eer het zover is. Daarom, zegt Nederstigt, vraag ik aan jonge tandartsen of ze weten hoeveel ze moeten sparen om later levenslang maandelijks 1.000 euro bruto uitgekeerd te krijgen. De meeste schatten dat bedrag veel te laag in. “Als ik ze dan voorreken dat ze, om een beetje tijdig met pensioen te kunnen, in totaal toch zo’n 300.000 euro in bijvoorbeeld een pensioenverzekering bij elkaar gespaard moeten hebben, schrikken ze wel even. Dat betekent dat ze in hun werkzame leven jaarlijks toch een bedrag van zo’n 10.000 euro opzij moet zetten.” Een bedrag dat overigens wel aftrekbaar is.

Ahlers adviseert startende tandartsen die als zzp’er beginnen te werken, vijftig procent van het inkomen voor belasting en het pensioen opzij te zetten. “Begin daar meteen mee, want dan kun je alvast wennen aan een bepaald uitgavenpatroon.” Hij realiseert zich dat dit voor jonge tandartsen best lastig is, vooral omdat die ook bezig zijn met het kopen van een huis of het starten van een gezin. “Juist dan is het belangrijk om alvast in je systeem te hebben dat je maandelijks geld reserveert.”

Banksparen, lijfrentepolis of een pensioenverzekering?

Beide pensioendeskundigen benadrukken het belang voor startende tandartsen om zich goed te verdiepen in de mogelijkheden om tot een goed pensioen te komen. Ze moeten ook voor zichzelf duidelijk krijgen hoe ze hun pensioen willen opbouwen, want dat kan per persoon variëren.

Waar de een voorkeur heeft voor beleggen, kiest de ander voor banksparen, een lijfrentepolis, een pensioenverzekering of een combinatie hiervan. Het inschakelen van een goede adviseur is dan ook onontbeerlijk, vinden Nederstigt en Ahlers – uiteraard.

Pensioenopbouw voor startende tandartsen

  1. Begin er zo snel mogelijk mee.
  2. Reserveer vijftig procent van de inkomsten voor belastingen en pensioenopbouw.
  3. Neem ook de uitgavenkant na pensionering mee.
  4. Schakel een financieel adviseur in.
  5. Bedenk dat de AOW een onzekere factor is.